Met de Pintail op reis

Met de Pintail op reis
Pintail

zondag 1 juni 2014

Wedstrijdzeilen in Middelfart

In Assens blijven we vanwege de wind een dagje liggen. Frits kon daar weer een stuk hardlopen en ’s middags hebben we het kleine stadje bezocht. Er zijn veel binnenhofjes.


Bijzonder is dat het gemeentehuis is gehuisvest in een oude fabriekshal.
 
 

Na een dag hebben we het wel weer gezien. We willen verder. Met harde wind zeilen we naar Middelfart. Het is koud en voor het eerst zien we de zon niet, althans totdat we daar afmeren.  De jachthaven van Middelfart ligt schitterend aan de voet van glooiende heuvels en is omringd door beboste eilanden.


Nadat we het havengeld betaald hebben wordt Frits op de steiger door een Deen aangeschoten met de vraag of hij wil bemannen op een Dehler 34 in de woensdagavondwedstrijd. Hij krijgt 10 minuten om zich klaar te maken! Getraind in de woensdagavondwedstrijden bij Lelystad kan hij dit natuurlijk niet laten lopen. Het wordt een prachtavond. Windkracht 4 Bft, wedstrijd op stroom tot wel twee knopen, zon, vlak water en een mooie omgeving.  Op de foto is het mannetje met de benen buiten boord op de DEN 4520 Frits.

 
De eigenaar van de Dehler was uiteindelijk erg tevreden, want ze zijn eerste geworden! Algehele euforie. Hij nodigt ons uit voor een zeilershap en bier bij de bekendmaking van de uitslag in het clubhuis. Het wordt een gezellige avond. Een leuk intermezzo in onze reis.


Van Middelfart gaan we  tegen de koude wind in op de motor naar Fredericia, een industriestadje en oude vestingstad, maar van dat laatste is niet veel meer te zien. We meren af in een gloednieuwe haven. Het nieuwe havengebouw ziet er schitterend uit, grote badkamers, een volledig ingerichte keuken en eettafels etc, maar de sfeer is wat zielloos. We fietsen een eind langs de kust en eindigen in de binnenhaven, waar een soort Sail begint. We zijn er getuige van hoe een Pools tall ship langs de kade wordt gemanoeuvreerd. Daar komt heel wat bij kijken.


We vertrekken de volgende dag weer snel uit deze saaie haven en met ruime wind (en zon) zeilen we naar Tunö, een eilandje met een hoog Vlielandgehalte. Mooie natuur, volgestapeld  jachthaventje, autoloos, klein dorpje en de kerktoren fungeert ook nog als vuurtoren! Een echte aanrader. Jammer dat we morgen door moeten. We moeten wel gebruik maken van de gunstige wind.
 
 
 

Om acht uur ’s ochtends verlaten we dit mooie eilandje. Het is bewolkt, fris, en er staat een mooie 4 a 5 Bft, halve wind. We lopen 7 à 8 knopen. Als de wind wat afneemt zetten we de halfwinder.


Uiteindelijk belanden we in Grenaa, een klein stadje in Jutland. Hier doen we per fiets weer voor een paar dagen boodschappen. Het plaatsje ligt 3 km van de haven; naast de haven is aan een groot deel van de kust een mooi duingebied met strand. Veel leuke authentieke vakantiehuisjes, zoals je ze bij ons op de wadden ook wel ziet, maar dan natuurlijk met een Deens sausje.


 De haven zelf ligt in een “recreëren aan het water” gebied. Het is omringd door (huur)huisjes en eetgelegenheden. Ziet er wel goed uit.


We steken vervolgens het Kattegat over, althans voor de helft, want we gaan naar het kleine eilandje Anholt. Er is weinig wind (en veel zon; wat boffen we toch met het weer) dus motoren we de 30 mijl. We passeren een van de grootste windmolenparken van Europa: 111 molens op 88 km2. Geen kleinigheid. We kunnen alleen de eerste molens zien, de rest verdwijnt uit het gezichtsveld, zo ver weg staan ze.


En dan belanden we op Anholt. Een eiland met 160 inwoners en een bijzondere natuur. Naast de haven - die in de zomer barstensvol schijnt te liggen, maar nu redelijk leeg is - ligt één van de vele mooie witte stranden.
 


We fietsen  tegen de avond nog wat rond. Stevig klimmen, want rond de haven liggen de twee beboste ‘bergen’ van het eiland. Het middendeel is een soort hoogvlakte van duinen; het wordt wel ‘the Desert’ genoemd, omdat het er erg warm kan worden. We blijven hier waarschijnlijk nog twee dagen gunstige wind afwachten, dus in het volgende blog meer over dit mooie eilandje.