Met de Pintail op reis

Met de Pintail op reis
Pintail

vrijdag 15 juli 2022

Naar de Deense Limfjord

 In de haven van Arendal is nog plaats volop.


Arendal blijkt een aardig plaatsje te zijn. Het heeft vlak bij de haven een kleine oude wijk waar we lekker doorheen dwalen.


Verderop in het stadje, rond de Pollenhaven, is er ook het nodige vertier.


Onze marina, waarin ook een drijvend zwembad ligt (!?) wordt druk bezocht door grote Noorse motorschepen. Een van de net vlak bij ons afgemeerde drijvende "flatgebouwen" moet van de havenmeester naar een andere plek. We zien hoe hij ook met gebruik van een boegschroef niet van lagerwal wegkomt, er staan zelfs vier man af te duwen. Van een tip van Frits om een spring te gebruiken, wil de schipper niets weten. Uiteindelijk lukt het dan, als de wind wat minder wordt. En daar ligt ie dan met zijn vrienden.


s Avonds zijn we eindeloos weersites aan het vergelijken. Vijf sites geven 4-5 Bft, afnemend naar 3 uit noordelijke richting aan. Dat lijkt ons prachtig. Alleen het Duitse weerbericht rept over NW 5-6 Bft, toenemend. Vijf-een, dus varen! Daarna wordt het ook weer slechter.

Donderdag 7 juli vertrekken we al om half acht ‘s ochtends voor de lange overtocht naar Skagen in Denemarken. Het eerste stuk is het rustig weer, maar al gauw neemt de wind toe naar NO 5-6 met uitschieters naar 7. Er is gelukkig wel volle zon, dat maakt het een stuk aangenamer. We zeilen al gauw dubbelgereefd en de snelheid blijft hoog. Er komen van allerlei kanten golven, daar staat het Skagerrak om bekend. Er lopen drie stromen in wisselende richting en de wind doet op dat gebied ook nog een duit in het zakje. Rommelpotterij!


We gaan zo min mogelijk naar binnen (dat laten onze magen niet toe) en komen op water, brood en koeken aan de overkant. Op het laatste stuk bij Skagen valt de wind weg, maar de golven blijven. Gevolg is klappende zeilen. Het tweede rif zit muurvast, dat wil er ook niet meer uit. We meren uiteindelijk om half negen af, een snel tochtje van 85 mijl in 11 uur. 

De volgende (weer zonnige en stormachtige) dag halen we aan de achterkant van de giek de aluminium kop eraf. Wat blijkt? De reeflijn van het tweede rif zit naast de schijf van de kar die in de giek loopt. Uiteindelijk hebben we de boel hersteld en de giek van binnen ook nog eens met water doorgespoten. Hij was wel wat vuil van binnen.

Skagen staat bekend om de gele huizen. Andere kleuren zijn er niet.


We bezoeken er ook een Kunstmuseum, waarin schilderijen van de Skager kunstenaarskolonie te zien zijn. Mooi werk. Het museum doet ons aan Singer in Laren denken, een oud gebouw met nieuwbouw uitgebreid en een mooie tuin. De Skagers schilderden dikwijls zichzelf en hun vrienden in mooie kleding.


Zaterdag stormt het, wel weer met volle zon. We vragen ons af hoe dat kan. Wij associƫren storm toch meer met bewolking en regen.

We wandelen door de duinen naar het begraven kerkje. De Laurentiuskerk zag er in 1700 zo uit:


maar nu steekt alleen de toren nog boven het zand uit.


Vervolgens lopen we door naar het ‘Oude Skagen' in de wijk Hojen, maar dat blijkt meer een mondaine badplaats (aan de Noordzee) te zijn. De haven van Skagen ligt aan het Kattegat, Oostzeekant dus. Het is geen zeilweer


s Avonds bekijken we ook nog een kopie van het Wipvuur uit 1561. Dat was de eerste ‘vuurtoren’ van Denemarken, die daar op aandrang van de Hollanders werd opgebouwd. Een vuurkorf die omhoog werd gebracht met een lange paal op een scharnier.


Daar hebben we in het avondlicht ook zicht op een van de latere vuurtorens.


Totaal hebben we vandaag 14 km gelopen. Tussendoor vervangen we ook nog onze oude speed/temperatuur sensor door een nieuwe. Best eng, oude draad doorknippen, en daaraan de nieuwe solderen. De eerste knip van Frits blijkt helaas de dieptemeter te zijn, die we dus maar snel weer aan elkaar bevestigen met draaddoorverbinders. Dan de goede draad knippen en bevestigen aan de nieuwe. Oude sensor eruit trekken  en nieuwe erin en ….ja hoor, alles doet het weer...pfff. Een intensief leuk en succesvol dagje.

Zondag 10 juli, weer zon en N-NO 3 Bft. Met een uitgeboomde fok zeilen we naar Saeby aan de kust van Jutland.


Voor Deense begrippen is dit een grote haven, veel restaurantjes en winkeltjes langs de haven. Wij liggen vlak bij de “Dame van de zee” van Marit Bente Norheim.

Maandag varen we op de motor verder langs de kust om uiteindelijk de Limfjord in te gaan. Het eerste deel is breed, lijkt erg op de entree van de Vilaine in Bretagne.


Bij Aalborg staat wat industrie, maar dat gaat al snel over in flatbebouwing met wat architectonische hoogstandjes ertussen.


Voorbij het kleine oude centrum


en de verkeersbrug meren we in de jachthaven van de Limfjords zeilerveniging af. Ook hier weer lastig betalen via de app. De volgende dag motoren we nog een lang stuk door soms zeer smalle geulen. We zien af en toe een zeehond.


Wat zit er nou toch naast de zeehond? Zijn staart of een duikende vogel?

 

Eenmaal op ‘het binnenmeer’ van de Limfjord kunnen we de fok uitrollen en zeilen we naar Nederby op het kleine eiland Fur. We worden opgevangen door Henk en Klaas en praten bij onder het genot van een borrel op de Spirit of Eden IV.


We zien dat er steeds alle vlaggen van de nationaliteiten die in de haven liggen aan de grote vlaggenmast hangen. Gastvrij!



Woensdag 13 juli loeit het 6 Bft met vlagen van 8. Wolken en zon wisselen elkaar af.

We halen eindelijk de fietsen weer eens uit de zak. We karren het halve eiland af, met heel wat klimmetjes en deels over een soort grindpaden met zand. Lastig fietsen.

Zo zie we de unieke Molergroeves. Moler is een mengsel van algen en klei, een materiaal waar veel fossielen in te vinden zijn. Het zijn grote gaten in het landschap. Er staat in zo’n groeve nog een stuk overeind, waardoor je goed de lagen kunt zien van tientallen miljoenen jaren geleden. Het is typerend voor Fur.




Op heel Fur staan artistieke vissen op plaatsen waar een kunstenaar woont. Een vrolijk gezicht.


s Avonds borrelen we buiten op z’n Deens aan een picnicktafel op de steiger en dat gaat over in een etentje bij ons aan boord Heel gezellig.

Ook hebben we regelmatig een praatje met een Zwitsers stel dat de Winner van een kennis van ons, een kustzeiler, heeft gekocht, de Aeola.

Het lijkt wel of deze zomer in het Skagerak als een stormmagneet werkt. We hebben nog nooit zoveel dagen harde wind op een vakantie meegemaakt. Hier in de Limfjord zijn er in elk geval geen grote golven, dat scheelt!

Donderdag waait het ook weer N-Nw 6-7. We liggen gelukkig met de kop in de wind. We fietsen ‘halve wind’ - om zo min mogelijk tegenwind te hebben - naar de westkant van het eiland en maken daar een wandeling door de wetlands. Daar is minder wind.



en tot slot een typisch Deens plaatje, wuivend graan met korenbloemen.