Met de Pintail op reis

Met de Pintail op reis
Pintail

vrijdag 7 juni 2019

Zeilplezier

Voor we de rivier afkunnen, moeten we door de sluis van Arzal. We dachten het dit keer maar eens netjes te doen door, zoals gepromoot, digitaal een plek te reserveren. Dat kan sinds een jaar. Het werd voor de sluisdeur een drukte van belang. De eerste vier schepen werden nog bij naam opgeroepen, maar daarna trok iedereen op naar de sluisdeur en werd het een gezellige chaos; het reserveren bleek geen enkele zin te hebben. Brutaal als we zijn lagen we redelijk voorop, dus wij konden rustig aan de wal van de sluis afmeren. Uitgezwaaid door Jaap en Marjan varen we de volle sluis uit.

 
 
In de zon met een ZW wind 4 zeilen we naar Piriac, een klein pittoresk plaatsje 15 mijl zuidelijk, dat nu, op Hemelvaartsdag, overvol met toeristen is. De volgende dag is het al rustiger.


 
Het havenfront van Piriac ziet er leuk uit.

 

Halve wind en in de volle zon varen we de volgende dag 35 mijl naar l’Herbaudière op schiereiland Noirmoutier, waar we zo laat aankomen dat we de Pintail nog net in een hoekje kunnen frommelen. Gelukkig is het rustig weer. Maar wat een heerlijke zeiltocht met de halfwinder op!


 
En het kan niet op; we vertrekken de volgende dag al om half negen en met een zacht ZO briesje zeilen we 29 mijl naar Ile d’Yeu, Port Joinville. Hier blijven we een dagje, we fietsen via de noordwestelijke punt het halve eiland om. Yeu is een echt fietseiland, niet te veel hoogteverschil en veel fietspaden.

De côte sauvage.
 

Het plaatsje Joinville is achter de facade een simpel vissersdorp. Smalle straatjes met de voor de Vendée karakteristieke huisjes, witte laagbouw met een rood dak. Het komt mediterraan over.

0078

Overal bloeit ‘onkruid’. Hoe mooi kan een muur zijn.


 
Zondag is het het feest van de zee. Alle schepen vertrekken gepavoiseerd naar zee om daar in een soort chaos te groeperen en weer terug te varen. Zelfs de veerboot doet hieraan mee. ‘s Ochtends zijn de schepen al tijdens een openluchtmis gezegend.

 

We varen met (te) weinig wind verder naar les Sables d’Olonne, motor bij. Er is nog een plekje in de stadshaven. Hier lig je direct bij het centrum en de boulevard.
 
 
 
LSables vormt een baai met een kilometers lang zandstrand, hier op de achtergrond te zien (evenals de scheve toren op het havenhoofd):


Na een dagje fietsen gaan we op weg naar Île de Ré. Onderweg zien we de Yes we cam! Van Jean le Cam, deelnemer aan de Vendée Globe 2020, zeilen.


 
Er staat nog heel wat swell en daardoor valt het zeilen (wind 3 Bft. achterlijk) tegen. Alles klapt alle kanten op, zodat we uiteindelijk de fok maar indraaien en op de motor verder gaan, met het grootzeil strak getrokken. Dat is wel een nadeel van hier zeilen. Maar zodra we in de luwte van het eiland komen, kunnen we weer volop zeilen.

Het vestingstadje St. Martin de Ré is erg gezellig. Veel terrasjes om de haven heen.

Pintail in de haven van St. Martin de Ré

Ré wordt gekenmerkt door: oude zoutvelden, wijngaarden, oesterteelt en toerisme. In St. Martin zitten de vele terrassen rond de haven dan ook al redelijk vol. Het eiland is met een brug verbonden met La Rochelle.

Links de wijnstokken
 
Wij doen ook weer eens een poging om oesters lekker te gaan vinden. We duiken een oesterbedrijfje in en eten een bordje oesters, zo vers uit de zee. Maar ook nu is het niet ons meest favoriete hapje. Van het uitzicht daarentegen worden we wel heel vrolijk.

 
 


Na een zonnig dagje trekt er een zware storm over ons heen.
 
 
We meten als maximum vlagen van 43 knopen, windkracht 9, ín de haven. Er worden klampen op de steiger, waaraan een groot aantal schepen 4 dik is afgemeerd, bijgeplaatst en er worden lijnen naar de wal uitgebracht, een echte spaghetti. Een dagje om het blog bij te werken, te lezen en wat onderhoud te doen.

 

Groet uit Ré