Met
weinig wind maar goed zicht en zon motoren en zeilen we langs de krijtrotsen
naar Le Havre. We varen dicht langs l’Etretat dat bekend is om de boogrotsen.
In
Le Havre hopen we ons passeport escales te kunnen gebruiken. Als
ligplaatshouder in La Roche Bernard, waar de boot gaat overwinteren, mag je in
meer dan 100 havens een paar nachten gratis doorbrengen. Maar oh la la, we
hadden ons nog niet afwezig gemeld in onze nieuwe thuishaven, zodat we toch nog
moeten betalen. De allervriendelijkste havenmeester kan dat ook niet
veranderen. Maar nu weten we hoe het werkt. Vooralsnog zijn we tot 15 juli daar
niet aanwezig.
In
Le Havre is Frits de dupe. Onze vuilwatertank (waarin het toiletwater wordt
opgevangen) loost niet (op zee), en dat
betekent dat die tank soms weer terugloopt in het toilet. Wij hebben een nacht
regelmatig staan terugpompen. Frits
wringt zich in allerlei bochten en maakt de afsluiter door de romp aan
de binnenzijde schoon. Veel kalkachtig materiaal blijkt daar te zitten. En nu
maar hopen dat het effectief is.
Als
we vertrekken uit Le Havre is het nevelig en is er weinig wind, even verderop
wordt het mistig en voorbij het ankergebied voor grote schepen ronduit dichte mist met een zicht van minder dan 0,3 mijl. Daar motoren
we zo’n vijf uur doorheen, luid toeterende containerschepen om ons heen. Met
AIS en radar is alles prima te volgen. Maar het blijft inspannend turen.
De
laatste uurtjes van de trip klaart het op en kunnen de zeilen bij. Wat mooi is
dan zo’n vlakke lege zee. We zijn te vroeg bij Saint Vaast om daar de haven al in
te kunnen (de deuren van het dock gaan pas twee uur voor hoog water open) en
daarom ankeren we – met ons nieuwe Vulcan anker – in de baai ervoor. Terwijl we daar
mee bezig zijn komen er vier dolfijnen naar de boot toe en geven een mooie show
weg. We weten gewoon niet waar te kijken, dan weer aan bakboord bij de boeg,
dan weer stuurboord achterzijde schip en voor de duikelingen nemen ze iets
afstand. Wat word je daar vrolijk van.
Als
we vrijwel in het donker ankerop gaan, komen ze er weer aan en begeleiden ons
een stukje door de baai naar de haven. Super. Pas bij 4 meter diepte verdwijnen
ze weer. En zo komt er een geweldig eind aan de zo mistig begonnen dag. We
vieren dat met een pintailtje (Irish coffee).
In
Saint Vaast blijven we een dagje liggen. Het kleine vissersdorpje dorpje staat bekend om de
lekkernijenwinkel Gosselin, waar we wat vissoep inslaan, de oesterkwekerijen en
het forteiland Tatihou. Op de oestervelden wordt bij laag water druk gewerkt.
We
proberen al jaren Ile Tatihou te bezoeken, maar altijd is het volgeboekt. Nu is
het voorseizoen en lukt het. Tussen de vele schoolkinderen wandelen we over het
kleine eiland en bezoeken we het maritiem museum. Daar lezen we dat de Fransen
in 1692 de zeeslag bij Barfleur -La Hougue verloren hebben van de Engelsen en
Nederlanders. Dat doet ons natuurlijk wel goed. Binnen de muren van de vesting
is ook nog een exotische tuin, waar we iets van de Scilly-begroeiing terugzien.
In
Frankrijk zijn veel forten aangelegd door Benjamin de Combes uit Vauban. We
komen regelmatig bouwwerken van hem tegen, zo ook hier, waar de schooljeugd alvast oefent voor het EK Voetbal.
Vanaf het eiland hebben we mooi zicht op de Saint Vaast la Hougue. De jongste jeugd krijgt les in optimistjes. Hier wachten de bootjes tijdens de lunch op hun bemanning.
’s
Avonds probeert Frits een motorprobleem
tot een oplossing te brengen. Bij het motoren hiernaartoe ging de volt meter erg onrustig op en neer. Contact met de monteur in Lelystad leert dat de dynamo zijn langste tijd gehad heeft. De Volvodealer in Cherbourg
heeft deze niet op voorraad. Jammer, want dan had het snel gemaakt kunnen
worden. Dan wellicht in Guernsey. Het is niet dramatisch. De ervaring leert dat er altijd wel wat kapot gaat aan boord, verstopt raakt e.d.. We leren er veel van, we struinen internet af, maar jammer is dat het elke keer weer wat anders is en dat we de opgedane ervaring meestal niet meer hoeven toe te passen.
10
juni, Sjoerds 30e verjaardag, varen we weer verder. Windstil en heiig, tegen regen
aan. Dus weer motoren. Bij Barfleur komt de wind vrij snel van 0 naar 5 Bft
aanzwellen, zodat de zeilen omhoog kunnen. Vlakke zee, mooi zeiltochtje. 'Avonds gaan we met Jaap en Marjan van de Illusie een hapje eten in het havenrestaurant. Heel gezellig en heel smakelijk, en we toasten natuurlijk op Sjoerd.