Met de Pintail op reis

Met de Pintail op reis
Pintail

donderdag 19 juni 2014

Zestien sluizen op één dag!

Om half elf komt het sluispersoneel ons in het haventje van Sjötorp melden dat ze klaar zijn om ons verderop te schutten. Wat een service! Het zijn werkstudenten, erg enthousiast en altijd bereid tot een praatje. Ze rijden met de auto of de fiets een aantal sluizen met ons mee. Onze ervaring is dat ze het allemaal erg voorzichtig doen. Steeds vragen ze of de schuiven opengezet kunnen worden. Het opwaarts schutten gebeurt door water  door schuiven in de sluisdeuren naar binnen te laten. Dat leidt soms tot een  wildwatergebeuren waar een rafter jaloers op zou zijn.  Wij liggen steeds vooraan in de sluis, omdat een breed Deens jacht dan net half achter ons past. Gevolg is wel dat we vol in het binnen spuitende water liggen. Maar ook dat is goed te handelen. Frits ziet zelfs nog gelegenheid om een filmpje te schieten. Ik ook:


Filmpje mvi 380





In totaal doen we deze dag 16 sluizen over een afstand van 16 mijl. Hard werken! Maar alles gaat zo vriendelijk en is zo kleinschalig. Klein sluisjes (wel 3 m verval), omzoomd door gele  diensthuisjes van het ook in geel gestoken sluispersoneel, vaak een terrasje langs de sluis en in elk geval altijd toekijkende toeristen. Alles gaat even gemoedelijk.Eigenlijk vinden we de trip door het Götakanaal erg lieflijk en heel relaxed.





Het eerste stuk van het Götakanaal is nog relatief breed.



Hoe dichter we bij het meer Viken komen des te smaller wordt het vaarwater.



Maar steeds is het uitzicht mooi, soms glooiende heuvels met her en der wat boerderijen, soms rotsen en bossen. We overnachten bij een klein haventje langs het kanaal, Vassbacken. Er wordt al veel gefietst langs het Götakanaal. Dat lijkt ons ook erg leuk, dus fietsers…op naar het Götakanaal!



De tweede dag verlaten we het kanaal en varen we een prachtig U-vormig meer van 12 mijl lang (Viken) op. De omgeving is heuvelachtig en volledig bebost. Het eerste stuk kunnen we zeilen, we zijn de enige boot hier. En dat op 91 meter hoogte. Dat blijft voorlopig ons hoogterecord zeilen.


Achter een eiland vinden we een beschutte ankerplek. De volgende dag gaan we al vroeg op pad. Het is weer lekker zonnig. Was het Viken meer tot hier nog weids, nu belanden we in allerlei smalle doorvaarten tussen rotsen en eilandjes. Nauwkeurig navigeren tussen de boeien dus. Zeilen is er even niet bij.



Ook varen we vlak langs restanten van in het water aangelegde jaagpaden. Hier trok men vroeger de schepen tussen de vele rotsen door.



Dan weer belanden we in kleine verstilde meertjes. Het is allemaal even prachtig. Erg afwisselend. We worden steeds weer verrast door al dat moois. Het fototoestel maakt overuren, maar eigenlijk is onze indruk ervan niet goed vast te leggen.



Ook komen we een van de oudere rondvaartboten tegen, de Sandon. Gelukkig waren we net door een smal kanaaltje heen. Je moet in die smalle doorgangen overigens  met een geluidssignaal je doorvaart bekend maken. Keren lukt niet, want soms hebben we net anderhalve meter over aan weerszijden van de boot.



En dan krijgen we in Forsvik onze eerste sluis die ons naar beneden brengt. Geen waterval meer, maar rustig zakken. Deze sluiswand was van ruwe rots (het is de oudste sluis van het kanaal), waardoor de stootwillen zich tussen de rots en het schip uitwerkten. Een nieuw soort hindernis. Göta's kanaal hoogtepunt:



We bereiken Karlsborg, een stadje dat aan het Vätternmeer (135 km lang en 31 km breed) ligt. We liggen afgemeerd bij de vesting, die we de volgende twee dagen bezoeken..




Ons eiland Pampus is daar niets bij. Wel dezelfde geschiedenis: toen de bouw van de vesting klaar was, zo rond 1900, was het gebruik zinloos geworden door de voortschrijdende techniek van oorlog voeren. Het hele terrein binnen de kalkzandsteen vestingmuren ( een terrein van  één km bij 300 m) bevatte een volledige garnizoensstad met kerk en ziekenhuis. Erg mooie gebouwen. Het wordt nu nog gebruikt door diverse onderdelen van defensie, zij het niet meer als verdedigingswerk, maar voor opleiding, huisvesting en kantoor. In het stadje zie je dan ook veel jonge soldaten. Karlsborg is gebouwd als “reservehoofdstad”van Zweden. Er staat een villa voor de koning en de kerk in de vesting is gebouwd als reserveplaats voor het parlement.



In de kerk hangt een kroonluchter van 276 bajonetten.



’s Middags hebben we nog een mooie fietstocht gemaakt naar Forsvik, waar we de dag ervoor geschut zijn. Nu kwam de historische kanaalboot Juno, gebouwd in 1834, net de sluis in, ruim toegezongen door plaatselijke Jehova’s.



Genietend van koffie met vers gemaakt gebak in de aan het water gelegen tuin  van een restaurant, voelen we ons met een tijdmachine teruggebracht in de tijd. Alles is  zo ouderwets hier. Je onthaast hier wel vanzelf.
We blijven hier nog een dag, een lagedrukgebied trekt over ons heen, maar met de voorspelde regen valt het reuze mee. De temperatuur heeft inmiddels wel een duikeling gemaakt.Van 18-20 naar 15 graden… op naar midsummer!