Met de Pintail op reis

Met de Pintail op reis
Pintail

zondag 24 september 2017

Weer terug in La Roche Bernard

Onze derde dag in Trinité sur Mer is erg regenachtig. We hebben geen zin om zonder wind en in de regen nog naar een andere haven te varen. Gelukkig verbetert het weer aan het eind van de dag, juist als de maxitrimarans, de Formule I onder de zeilboten,  weer binnenvaren met aan het roer fameuze schippers. Met aandacht bekijken we hoe de acrobaten van de grootste trimaran ter wereld, de Spindrift, het ‘huikje’ over het grootzeil trekken. Wat hebben wij het dan makkelijk. 


Ook de No way back van Pieter Heerema komt (naamloos) binnenvaren en meert achter onze boot af. Zij is net verkocht aan Fabrice Amadeo, een andere vendée Globe zeiler.


Het oceaanwedstrijdzeilen leeft in Trinité, en dat maakt het zo leuk om hier te zijn. Bijzonder is overigens dat zelfs deze megadure schepen niet achter slot en grendel liggen. Iedereen zou zo de steiger op kunnen lopen. En dan doen veel verzekeraars zo moeilijk over het achterlaten van een plezierjacht in een niet afgesloten jachthaven in het buitenland! Wij zouden zo gauw geen afgesloten haven kunnen bedenken hier.

Het havenfront van Trinité bevat veel horeca én bakkers. Er zitten zelfs 's ochtends vroeg al mensen op de terrassen. Dit keer lopen we ook de daarachter gelegen buurt in en die blijkt ook best aardig. Smalle straatjes die omhoog lopen, met oude panden.  

het havenfront van Trinité-sur-Mer


Aan de boulevard is een fotogalerie waar we tot nu toe steeds aan voorbij gelopen zijn. Nu naar binnen en daar zien we heel wat moois. Frits valt voor een vrolijk  drieluik op linnen.


De volgende dag is het prachtig weer met weinig wind. Bij het uitvaren zien we nu de in mooie kleuren uitgevoerde Spindrift van de zeezijde.


en op zee zien we de Södebo oefenen



Over een feestelijk twinkelende zee zeilen we met een relaxed gangetje de Vilaine op.


de invaart van de Vilaine


waar we aan een bezoekersboei bij Tréhiquier afmeren. Er staat 2,5 knoop stroom maar we hebben de boei te pakken. Fijn  dat ons vrijboord zo laag is, dat maakt het oppakken van een boei niet al te lastig.



De schutting bij Arzal is een makkie. Slechts twee schepen in de sluis en we mogen dit keer zelfs zelf uitzoeken waar we willen liggen. In Arzal ontzouten we de volgende dag de zeilen en In La Roche Bernard volgt het motoronderhoud. Einde seizoen, werk aan de winkel!



Morgen ‘verhuizen’ we naar ons mobile home op de camping om van daaruit verder te klussen aan de boot.


woensdag 20 september 2017

Weg van lagerwal

De schutting in de sluis bij Arzal is altijd weer een belevenis. De Fransen zijn niet gewend aan sluizen en dat is te merken. We hebben ook veel bekijks.


Deze dagen hebben we een vast patroon in het weer. De dag begint heerlijk zonnig, dat leidt tot opwarming van het land en de aanwezige vochtige lucht stijgt op en vormt dikke cumuluswolken.


Als ze hoog genoeg zijn, dan vormen zich aan de onderzijde zeer donkere wolken. Het is dan zo rond 15.00 uur. Met de noordwesten wind waaien deze de zee op. En vervolgens komen daar buien en wind uit.
Dat merken wij op onze tocht van Arzal westwaarts naar La Trenité sur mer, een afstand van ongeveer 30 mijl. We hebben vanaf het begin tegenwind en het schiet niet op met kruisen (en lichte tegenstroom). Als de buien met dito wind ook nog doorkomen wordt ons doel voor donker onbereikbaar en buigen we af naar de zuidelijk  gelegen vissershaven La Turballe. Toch nog weer 30 mijl gezeild over een afstand van zo'n 10 mijl. .


De volgende dag zeilen we met rustig zonnig weer 5 mijl noordelijk naar Piriac, een leuk plaatsje met een oude kern.
zicht vanuit het havenkantoor op het zeefront

De kerk is kennelijk een favoriete trouwlokatie, want telkens als we er zijn, is er een huwelijk. De volgende dag presenteren lokale schilders hun werk op het plein voor de kerk..


Het blijft maar NW 4-5 Bft waaien en daarmee komen we hier niet weg. De haven kunnen we alleen uit rond hoog water en dat is ‘s ochtends héél vroeg (met temperaturen tussen 4 en 8 graden; doen we dus niet) en in de middag. Maar kruisend kunnen we dan voor donker geen haven bereiken (behalve Arzal en la Turballe, maar daar willen we niet heen). Dan de fiets maar op. We maken een mooie tocht langs de kust naar het noorden via de véloceanroute, een soort Pieterpad voor fietsers langs de oceaankust. We komen op prachtige plekjes.
Quimiac




We zien zelfs in een miniscuul haventje een boot met de Friese vlag nog aan het want, naast nog heel wat andere wapperende zaken.


En de enige horecagelegenheid die open is, is ook nog een toepasselijke.


Achter ons aan de steiger ligt een grote Linssenvlet van een Franse eigenaar. De volgende ochtend is hij verdwenen. Nieuwe ligplaats:
Navigatiefoutje?
’s Middags wordt zij door een visser binnengesleept.  Ja, het is hier rotsig voor de uitgang van de haven.

De volgende dag is het iets minder (tegen) wind, wel zonnig maar fris,  en we vertrekken alsnog naar Houat of La Trinité, al naar gelang het uitkomt. Precies op de plaats waar we onze tocht naar La Trinite afbraken, doemt nu een nieuwe hindernis op: de net vol geladen watertank loopt leeg in de boot. We liggen inmiddels ook aardig te stampen. Dus hozen en water weg laten lopen via de kraan. We hebben dus toch een lek in de tank. Mooie winterklus voor de werf. Uiteindelijk meren we af in La Trinité. Met de verwarming stoken we de boot weer droog.

Vanuit La Trinité fietsen we woensdag in het zonnetje naar het mooie stadje Auray. Alles wordt hier, zoals in heel Bretagne,  tweetalig (Frans en Bretons) aangeduid, zoals op de wegbewijzering.


Auray verrast ons, een oud handelsstadje, dat via een uitloper van de Golf van Morbihan met de oceaan verbonden is. De bouw van het nabij gelegen Lorient betekende de ondergang van de handel.




In de kerk staat St. Goustan vast op de preekstoel, mét vis en bijbel. Geen plek voor mijnheer pastoor.


Met de kaart van de VVV in Auray,  de app maps.me en met hulp van Fransen onderweg vinden we uiteindelijk leuke fietspaden, soms net geitenpaadjes, die ons weer buiten de provinciale 70 km wegen om  terug voeren naar La Trinité. De bewegwijzering van de fietspaden, die elders zo goed is,  laat hier echter wel te wensen over. We fietsen heel wat om.
Als we terugkomen bij de boot wordt er alweer druk gewandeld en gevist op de pier achter onze boot, waar de grote wereldrecord houdende maxitrimarans liggen afgemeerd. Blijft leuk om ze te bekijken.

 We vinden Zuid-Bretagne een erg mooi vakantiegebied, leuke stadjes, mooie natuur om te wandelen en te fietsen en overal stranden en haventjes. En dan hebben we de eilanden deze weken nog niet eens aangedaan. 



donderdag 14 september 2017

(Te) Veel wind

1 Augustus is de boot weer op het droge gezet en zijn wij naar huis gegaan voor het huwelijk van Jan Michiel en Eef. Het was een feestelijke maand die tot 3 september voortduurde.

8 September rijden we weer terug naar La Roche Bernard. De dag erop gaat de Pintail weer te water. De Illusie gaat een dag later te water en gezusterlijk liggen beide schepen in La Roche Bernard een paar dagen naast elkaar in de haven.
Aan het eind van de laatste steiger onder in de foto liggen de Pintail en de Illusie



Er komt een zware storm en die wachten we beiden op de rivier af. Frits klust samen met Jaap een bijzondere vuldop voor de watertank, de broodplank dient... als werkbank!!

Je zou zeggen dat alles zo langzamerhand wel geoptimaliseerd is, maar neen, er is altijd nog iets te verbeteren! Zoals de ledstrips in de boekenkast, die de volgende dag worden aangebracht.

We hebben de auto bij de hand, en daar maken we mooi gebruik van. We bezoeken La Baule nu eens vanaf het land. In tegenstelling tot van de zomer is het kilometers lange strand uitgestorven.


De gemiddelde leeftijd van de wandelaars op de boulevard ligt ergens rond de 75. We voelen ons jonkies.
De boulevard staat vol niet te hoge flats, waarvan de rolluiken – hoe ongezellig - grotendeels dicht zijn. Op 50 meter daarachter begint het prachtige glooiend gelegen villadorp. Kronkelende straten met tussen de bomen gelegen villa’s die in verschillende tijdperken zijn gebouwd. We kijken onze ogen weer uit.
De flats aan de boulevard lijken gebouwd in de voortuinen van de erachter liggende villa's.
In de haven waait de wind er lustig op los. We gaan de volgende dag daarom naar Nantes, lekker wat door de stad banjeren. Een groot deel van de stad is ’s middags echter no-go area; er zijn 6500 stakers op pad – ja, dat hoort ook bij de Franse folklore! – en de politie is massaal in een indrukwekkende wapenuitrusting uitgerukt. We zien overal in de binnenstad ME-ers lopen met schilden, scheen-, arm en beenprotectors en de nodige wapens. De politiebusjes zijn niet te tellen.


We besluiten maar gauw weer naar (ons favoriete terrasje op) het rustige operaplein te lopen, waar we onze auto vlakbij geparkeerd hebben.

Woensdag is het, na een stormachtige nacht, nog steeds erg winderig en ook nog regenachtig. Echt een dagje om de voorraad levensmiddelen (per auto dan) weer op peil te brengen. Dat doen we bij de grote supermarkt van Leclerc in Herbignac. Wat een megawinkel. We doen ons tegoed aan de traiteurafdeling.
tsja, de buurtsuper is nu wel verdwenen...
We wippen nog even langs ons favoriete terras op het marktplein van la Roche Bernard. De eigenaren kennen ons inmiddels wel en we krijgen van beiden een hand. We burgeren al aardig in.

Donderdag, mijn (Ineke)  verjaardag, is het iets minder wind. De schoolzeillessen gaan nu ook weer door. Zo kweken ze hier de zeilers van de toekomst. Het blijft leuk om dit te zien.


Het is vandaag marktdag, het hele plaatsje is dan autovrij. De wandeling naar het stadje voert door een klein dal langs een oude wasplaats, een Garenne. Frits haalt via deze leuke route dagelijks ons stokbroodje.
de Garenne


Onze trossen gaan eindelijk los;  we maken eerst nog een toertje over de rivier stroomopwaarts

en zakken vervolgens af naar Arzal,. Onderweg doen we pogingen om het (vermoedelijke) tape, dat zich van elders door de storm boven aan onze antenne vastgekleefd heeft, los te varen, tevergeefs. We hebben nu een extra windvaan. We gaan er in elk geval niet voor naar boven!


In Arzal meren we af, klaar om morgen via de sluis de zee op te gaan, als het weer niet al te slecht is.


zaterdag 29 juli 2017

Weer terug in La Roche Bernard

Op 26 juli is er dan toch eindelijk een dag met zeilbaar weer naar onze bestemming.  We hebben ons prima geamuseerd in Pornic. Met een west noordwestenwind kruisen we westwaarts. We hebben de stroom twee knopen mee, dat is leuk, maar met een aantrekkende wind tot NW 5 steken we al kruisend de brede monding van de Loire over, en dan zitten we midden tussen de steile, hoge en korte golven van wind tegen stroom, en misschien ook nog van de deining en de uitgaande stroom. Een rommelpotterij, te ruig voor het maken van foto’s. Juist op dat moment begeeft onze kaartplotter het. De kaartlezer is kapot en volgens de deskundige in Nederland is dat een inmiddels bekend probleem. Dus Raymarineplotter bezitters, zorg voor een back-up. Voor ons ligt die back-up in de I-pad met de navionics app met kaart, maar – hoe toevallig – daar ontbreekt nu net de GPS positie. Onze derde back-up zijn de seaclear kaarten, geleverd door ‘visit my harbour’, maar die zijn te grootschalig. Dus…de oude eerste generatie handheld GPS er maar bij gepakt, en natuurlijk is de papieren kaart altijd paraat. Later zal de GPS op de I-Pad wel doorkomen. De (tegen) wind is inmiddels zo aangetrokken en het water is  zo ruig geworden, dat we besluiten Pornichet (La Baule) aan te lopen, aan de noordoever van de Loire. Pornichet en La Baule zien er aan de kustzijde zo uit (vanaf een positie halverwege de 9 km (!) lange boulevard):
de blik naar rechts...

en de blik naar links
Af en toe een strandtent op het strand, maar niet aan de boulevard, althans niet de eerste 6 km die wij daarlangs fietsen; dat zijn alleen maar “residences”, met af en toe nog een oud pand ertussen. We zagen afbeeldingen van hoe het vroeger was, allemaal mooie panden aan de zeezijde. Ook hier hebben projectontwikkelaars kennelijk hun slag geslagen. Vlak achter de boulevard komen we in een totaal andere wereld. We komen terecht op rustige licht glooiende wegen met veel groen en mooie grote huizen uit begin vorige eeuw. Dit was vroeger een luxe oord. En misschien nu ook nog wel. Op onze horecastop in de plaatselijke ‘Fred’ (à la die straat in Den Haag) zien we heel wat langs paraderen.
hoedenparade
We gaan de volgende dag, woensdag, gauw door naar de Vilaine, want in de weersvoorspelling staat een toenemende swell aangekondigd. Een rustige mooie halvewindse zeiltocht. Aangezien de sluis op dinsdag en woensdag dicht is in verband met het te hoge zoutgehalte in de rivier (waar de waterinname voor een groot deel van Bretagne plaatsvindt), en we grote drukte aan de wachtsteiger verwachten, pakken we een van de vier bezoekersmoorings op bij het miniplaatsje Trehiguier, nog op het zoute gedeelte van de Vilaine. We liggen nog maar net, of er daalt een miezerregen over ons heen die de hele avond aanhoudt.


’s Ochtends komen de Valentijn en de Illusie ons nog even groeten, als ze de rivier weer afvaren. Wij maken los en varen via de overvolle sluis naar La Roche Bernard waar we een prima ligplaats krijgen. De volgende dag  ontzouten we alles wat met het zeewater in aanraking is geweest, de fok, boot, lijnen, huik etc.


’s Middags halen we de auto op en maken we een leuk toertje richting …La Baule. We bezoeken het centrum van de zoutwinning, Guérande, een volledig ommuurd Middeleeuws stadje,


dat mooi maar wel erg toeristisch is. We zijn uiteraard weer te laat voor een lunch, maar een crêpe en een galette, een hartige crêpe, die altijd vierkant wordt gevouwen, zijn nog te krijgen.

We begrijpen niet waarom alle mooie plekjes altijd verpest moeten worden door de eeuwige vlaggetjes die worden opgehangen. We komen ze overal tegen.

Met de auto rijden we midden door de uitgestrekte zoutvelden. Het zoute water gaat wel door een achttal kanaaltjes en bassins, voordat het na verdamping van het water bijeen geharkt kan worden.
de zoutvelden, marais, van Guérande
En dan ligt het zo in de winkel

We komen uit in Croisic, waar je bij rustig weer met een diepstekende boot in een kom aan de mooring kunt liggen.


Het is ook weer een mooi oud plaatsje, waar we nog wel eens met de boot naartoe willen.
De kust waar we langs gevaren zijn, ziet er vanaf land ook prachtig uit, rotsige inhammen, oude grote vakantiehuizen, strandjes, tot we in het badplaatsje Batz sur Mer komen. We redden het om onderweg nog net voor sluitingstijd onze boodschappen te doen bij weer zo’n megagrote supermarkt van Leclerc.  Hier slaan we lekkere traiteurprodukten in en eten een kant en klare inktvislasagna.



zondag 23 juli 2017

Verwaaid in Pornic

We blijven een dagje in Pornic liggen, omdat we er nog wat inkopen willen doen. De volgende dag staat de (harde) wind verkeerd. Niet getreurd, want we kunnen nu naar Nantes. Met de trein een uurtje. Als we het station uitlopen, lopen we zo de Hortus in. Deze is verrassend speels ingericht. Er staan ook enkele mooie oude kassen.


Ik durf het bijna niet te schrijven, maar we hebben voor het eerst na 30 jaar ons laten rondrijden in een ‘petit train’, in ons gezin is zo’n ding bekend als cuxitrain (tijdens verwaaidagen in Cuxhaven in de jaren ’90 hebben we uiteindelijk maar met z’n allen een ritje in zo’n toeristisch treintje gemaakt). We krijgen zo wel snel zicht op de bezienswaardigheden in het centrum en de nieuwe wijken, maar veel toelichting is er niet bij.
We zijn onder de indruk van de immens hoge binnenzijde van de na een brand gerestaureerde kathedraal

Nantes heeft leuke winkelstraten en mooie pleinen met veel horeca. Het is een echte jongerenstad. Het heeft zelfs een soort Amsterdamse Dam

Erg bijzonder vinden we de passage Saint-Croix, een winkelpassage waar je na twee hoge trappen te hebben gelopen, ook weer op straatniveau uitkomt. Er zit nogal wat hoogteverschil in de stad. Beelden sieren de trappen.


En ook hier weer pleinen zo groot als wij in Nederland niet kennen. Een verkoper in een schoenenwinkel wil ons verleiden om bij het kasteel van de hertogen van Bretagne van de net geopende glijbaan af te gaan. Maar goed dat we dat niet gedaan hebben, want de dag erop is deze gesloten vanwege een aantal ongelukken.
Bij thuiskomst blijkt de westelijke wind alleen nog maar toe te nemen. Nog een verwaaidagje dus.
de tweede hoge mast van rechts (met vlaggetje in top) is de Pintail
Het water stort zich deze dagen over de havenpieren heen. De boten die daar pal achter liggen krijgen regelmatig een zoutdouche. 

Per fiets doen we boodschappen bij Leclerc, een supermarkt in een omvang van de Ikea die ook kleding en Blokkerachtige zaken verkoopt. De Franse dorpen en stadjes verschralen qua winkels. Er resteren nog wat toeristische winkels en wat modezaken. De rest van de (mega) winkels staan aan de rand in een ‘centre commercial’. Voor een fietser een crime; we tollen van rotonde naar rotonde tussen de gehaaste automobilisten door. Bij de watersportwinkel (echt handig zo ver van de haven) krijgen we van een Fransman nog een hele verhandeling over wat voor verkeersfouten wij gemaakt hebben. Dat overkomt ons regelmatig. Ze storen zich geweldig aan ons soms wat Hollands gebruik van de weg. Raampjes worden opengedraaid om ons de les te lezen, al dan niet met wijzend vingertje. ’s Avonds is het windkracht 8 ín de haven. Wat een kabaal geeft dat met al die masten en vallen. We liggen redelijk beschut, maar wel onder helling. Bijna alle lijnen hebben we uitgebracht, en dat zijn er veel.
Zaterdag geeft regenbuien en windkracht 5-6 west. We moeten naar het westen varen en vervolgens naar het noordwesten. Dat wil niet, dus nóg maar een dagje Pornic. Na de buien wandelen we via het kustpad (het pad van de douaniers) naar het 10 km verderop gelegen Bernerie en Retz. Weer zo’n mooie naam, maar het dorp stelt niet veel voor. De wandeling daarentegen is erg mooi.
Zicht vanaf de overzijde van de rivier op het kasteel.
Aan de voet is nog de steiger te zien waarover we dagelijks naar het stadje lopen.

op het sentier des douarniers

Langs het hele pad staan de voor deze streek zo kenmerkende “écluses à poisson”, vishutjes waaraan een enorm visnet hangt. Het vissen op deze manier is verboden, maar de hutjes worden als historisch erfgoed in goede staat gehouden.

Met de trein gaan we weer terug naar Pornic. En dan begint het bekijken van de weerberichten, kaarten etc. weer. Het lijkt dat er morgenochtend een weergaatje is. We worden wel beperkt door springvloed (beter: eb), waardoor we vanaf 1,5 voor laag water, en dat was nu juist het ideale vertrektijdstip, de haven niet meer uit kunnen, omdat deze te ondiep is. Bij het wakker worden is de wind toch weer pal tegen en harder dan aangekondigd. Het water spuit alweer over de havenpieren. Dus om 8 uur maar weer gauw ons bedje opgezocht. Het wordt een echte miezerige en winderige dag. Dan maar alle wassen doen, boot opruimen, boekje lezen. Frits stort zich op de navtex die nu helemaal geen berichten  meer toont.  

En zo rijgen zich  de dagen in Pornic aaneen. We gaan ons verwaaidagenrecord breken!